WWW.HULLYGULLY.NL
WWW.HULLYGULLY.NL NIEUWS
5 september 2007
Waar kermis nog kermis mag zijn
door Gerard Smink
archieffoto Dinand Buisman
ALMELO – Komende nacht rijden de laatste van de in totaal 45 kermisexploitanten het geďmproviseerde ‘salonwagenterrein’ op tegenover de Rembrandthal in Almelo. De exploitanten komen graag naar Almelo. Veel publiek, de Almelose gemoedelijkheid is in de gehele kermiswereld bekend, en er wordt goed verdiend. Vorig jaar bezochten 260.000 mensen de kermis, dit jaar wordt een recordaantal van 300.000 mensen verwacht. „ Als je bedenkt dat de grootste kermis van Nederland, in Tilburg, in negen dagen tijd 1,2 miljoen mensen trekt, dan doet Almelo het naar vehouding helemaal niet slecht”, zegt Nicole Vermolen, secretaris van de Nationale Bond van Kermisbedrijfhouders (BOVAK) in Apeldoorn. De Almelose kermis duurt zes dagen. „Dan is 300.000 bezoekers best veel. Maar wat belangrijker is; tijdens de Almelose kermis is het publiek tevreden en de exploitant is tevreden, want die kan in Almelo een leuke boterham verdienen. Wat wil je nog meer? Dit is wat je noemt een win-winsituatie.”
Nicole Vermolen komt zelf uit Brabant. „Daar heerst gemoedelijkheid.
Maar als ik in Almelo ben om de kermis te bezoeken, tref ik diezelfde gemoedelijkheid aan. De mensen zijn enorm vriendelijk. De Almelose kermis is gewoon gezellig.”
Tilburg, Best, Dordrecht, Haarlem en ook Almelo, dit zijn enkele steden waar kermis nog wordt gevierd zoals het moet, in de ogen van de BOVAK.
Secretaris Vermolen: „De organisatie is in handen van de gemeente en dat werkt prima. De gemeente heeft veel betrokkenheid bij het beleid en maakt goede afwegingen.”
„Kermis is het oudste volksvermaak en moet betaalbaar blijven. Kermis mag geen melkkoe zijn van de gemeente.”
In Almelo wordt de ritprijs voor een attractie ‘gedrukt’ tot maximaal 1,50 voor bijvoorbeeld botsauto en draaimolen. Alleen voor vier grotere attracties - de Booster, de Impact, de Swing It en de Roll, On - valt de prijs iets hoger uit.
„ De gemeente en wij als BOVAK zijn het erover eens dat de ritprijs zo laag mogelijk moet blijven”, aldus Vermolen. „Mensen moeten de kermis vaker kunnen bezoeken. Wat heb je nu aan hoge ritprijzen, dan is de beurs van de bezoeker snel leeg en komt hij maar één keertje.”
De lage ritprijzen vloeien voort uit de gesloten inschrijving die de gemeente hanteert voor exploitanten. Elders geldt nog wel eens het systeem van openbare inschrijving; de exploitant die de hoogste pachtsom op tafel legt, mag komen. In Almelo wordt anders geredeneerd; de gemeente neemt genoegen met een mindere pachtsom en let ook op aspecten als uitstraling en diversiteit van de attracties. „Het commerciële voert niet de boventoon. In Almelo mag de kermis gewoon kermis zijn.” Niet voor niets kreeg Almelo in 2000 de Kermisprijs uitgereikt als beste kermisstad, in de ogen van de exploitanten. De BOVAK telt pakweg 735 aangesloten exploitanten, de Nederlandse Kermishoudersbond is een kleinere zusterorganisatie. Van beide bonden komen exploitanten naar Almelo. „ Er zijn zo’n duizend kermisfamilies in Nederland”, zegt Vermolen. „ Kermisexploitant word je niet, dat ben je. Dat heb je meegekregen van je voorouders.” In politiek Den Haag wordt momenteel gesproken over het verhogen van het btw-tarief voor kermisexploitanten. „ Maar we zijn in de race om dit nare plan tegen te houden. Anders stoppen er veel exploitanten. Je gaat niet tachtig uur in de week werken voor een minimumloon.”
Wethouder Sjoers bij de opening van de kermis vorig jaar.
Bron, overgenomen met officiële toestemming TC Tubantia